vrijdag 24 december 2010

Terug naar de toekomst

Een boek herlezen is een beetje als in de toekomst kijken: je weet wat er gaat gebeuren. Net als bij een historische film: de Duitsers verliezen de Wereldoorlog, Jeanne d'Arc eindigt altijd op de brandstapel, de Titanic zinkt altijd en de Apenplaneet blijkt altijd de Aarde te zijn. Al is dat laatste misschien (nog) geen historische film.

Bij het herlezen van Oorlog & Vrede wordt dat effect verdubbeld: niet alleen weet iedereen die een beetje met geschiedenis vertrouwd is hoe de Napoleontische expeditie in Rusland afloopt, van alle persoonlijke levensverhalen die de achtergrondgeschiedenis doorkruisen weet de herlezer ook al hoe ze aflopen. Toch weet Tolstoy het verhaal spannend te houden. En net als kinderen die naar een poppenkastvoorstelling kijken, roep je (inwendig) mee: "Natasja, pas toch op voor die Anatole!" (je wéét wat de verschrikkelijke gevolgen zullen zijn), en "Nee, Natasja, denk aan je verloofde!" (je wéét dat ze hem zal vergeten), en "Nee! Ga niet met hem mee!" (en je bent opgelucht als Sonja een stokje steekt voor de schaking).

Ik ben er nog steeds niet achter hoe dat precies in zijn werk gaat, dat spannend houden van dingen waar je de afloop al van weet. Ook bij horrorfilms speelt dat effect soms een beetje mee. En het wordt nog spannender. Ik ben enkele dagen geleden eindelijk in het tweede volume gestart, bij het derde boek. Dit tweede deel gaat enkel over Oorlog, terwijl in het eerste deel vooral de Vrede heerste - een veldslag hier of daar niet te na gesproken.

Zoals te verwachten begint Tolstoy weer met een globaal overzicht van de gebeurtenissen. In de tweede helft van Oorlog & Vrede nemen die bespiegelingen een steeds grotere plaats in (omdat Tolstoy op het einde van het boek nog niet alles had gezegd, nam hij nog een ruime epiloog op die alleen uit dat soort geschiedsfilosofische gedachten bestaat).

De boodschap is eigenlijk heel duidelijk. Tolstoy is pacifist, en gelooft niet dat de geschiedenis wordt bepaald door grote figuren (Napoleon en Koetoezov). Eigenlijk is hij een voorloper van de chaostheorie: de geschiedenis wordt gemaakt door honderdduizenden mensen die al dan niet bewust bepaalde beslissingen nemen of niet nemen, en die allemaal met evenveel recht de oorzaak kunnen worden genoemd van, bijvoorbeeld, de slag bij Borodino. Tolstoy bewijst overtuigend dat de historici die deze veldslag als een keuze van één van de beide legeraanvoerders voorstellen, het bij het verkeerde eind hebben. Als historicus spreken zo'n bespiegelingen mij natuurlijk bijzonder aan.

Maar ook als lezer is het best te genieten, wat Tolstoy daar doet. Hij geeft de lezer het gevoel de hele geschiedenis voor zijn ogen te zien gebeuren: het toneel is de wereld, en wij zijn toeschouwers. De vergelijking met een grote symfonie (de Negende van Beethoven, de Negende van Mahler) is niet te ver gezocht: ook Beethoven en Mahler probeerden 'alles' te omvatten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten